Cambodja 2007

 

 

Cambodje Algemeen

Demografie

Bevolking

Er zijn ongeveer 14 miljoen Cambodjanen (2007).

De bevolkingsgroei is ca 2,4%.
De levensverwachting:
mannen – 55,4 jaar
vrouwen – 60,4 jaar
Er zijn gemiddeld 4,7 kinderen per vrouw.
Zo”n 24% wordt niet ouder dan 40 jaar.
gemiddeld inkomen per dag 2-3 US$

Oppervlakte : 181.035 km² ( +/- 6 keer zo groot als België ).

De meeste Cambodjanen horen etnisch gezien bij de Khmer (94%). De Chinezen zijn op een na de grootste groep met ongeveer 3%, de Moslim Chams volgen met 2%. De rest van de bevolking bestaat uit Vietnamezen, Thais, Chinezen en bergvolkeren. Een grote groep Cambodjanen woont buiten Cambodja Vooral in het noordoosten van Thailand en in het zuidelijk deel van Vietnam, dat door de Cambodjanen ook wel Kampuchea Krom wordt genoemd, de inwoners worden ook wel Khmer Krom genoemd. Het land heeft relatief een jonge bevolking en het relatief het snelst groeiende bevolking in de regio.

Geschiedenis

De eerste bekende beschavingen verschijnen ongeveer in de 1e eeuw van onze jaartelling in Cambodja. Dit zijn de beschavingen van Chenla en Funan twee bevolkingsgroepen afkomstig uit het oosten van China en het hedendaagse Vietnam. Van 800 tot ongeveer 1350 was Cambodja onderdeel van een groot Khmer-rijk. Dit rijk strekte zich uit over grote delen van Zuidoost-Azië, waaronder het hedendaagse Cambodja, delen van Vietnam, Laos, Thailand en tot aan de oostelijke grenzen van Myanmar. De hoofdstad van dit rijk was voor de langste tijd in Angkor Wat dat bij het hedendaagse Siem Reap ligt. Angkor Wat en andere hindoetempels zijn beroemde overblijfselen van deze beschaving. Na verscheidene oorlogen met Ayutthaya en Lan Xang (dat het zelf had helpen stichten), verplaatsten de Khmers de hoofdstad naar Phnom Penh en ongeveer vanaf die tijd veranderde de naam in Kambu-ja (Cambodja).

Vanaf het midden van de 15e eeuw tot de komst van de Fransen werd Cambodja geregeerd door zwakke koningen en werd het verscheurd door interne conflicten. Ook vele oorlogen met Ayutthaya en Vietnam leidden tot grote verliezen in zowel land als rijkdom. Cambodja zou nooit meer de omvang en glorie van het oude Khmer-rijk meemaken.

Tussen 11 augustus 1863 en 9 november 1953 werd Cambodja geregeerd door Frankrijk. Eerst werd Cambodja een Frans protectoraat, op 17 oktober 1887 werd het een onderdeel van de Unie van Indochina samen met Tonkin, Annam, Cochin China en Laos (vanaf 1893). Vanaf 8 november 1949 trad Cambodja toe tot een associatie met Frankrijk. Op 9 november 1953 werd Cambodja onder koning Norodom Sihanouk onafhankelijk en sindsdien kent het een turbulente geschiedenis met vele politieke wisselingen.

Tijdens de Vietnamoorlog werd Cambodja zwaar gebombardeerd door Amerikaanse B-52-bommenwerpers die de Vietcong en het Ho Chi Minh Pad als doel hadden. Cambodja was na Laos zelfs het zwaarst gebombardeerde land in Zuidoost-Azië, er vielen naar schatting 600.000 burgerslachtoffers. In 1970 vielen Amerikaanse en Zuid-Vietnamese troepen Cambodja binnen om aldaar gelegerde Vietcongtroepen aan te vallen. In 1975 wierp de Rode Khmer de regering van Lon Nol omver en kwam aan het bewind. Ze oefenden een waar schrikbewind uit en vermoordden tussen 1,5 miljoen en 2,5 miljoen mensen (schattingen zijn zo laag als 800.000 (bekentenis Pol Pot) en zo hoog als 3 miljoen (Vietnamese bronnen)). Dit was ongeveer 25% van de Cambodjaanse bevolking.

In 1978 vielen de Vietnamezen Cambodja binnen, nadat de laatste het zuiden van Vietnam was binnengevallen. Hierna heerste er tot ver in de jaren '90 van de 20e eeuw een burgeroorlog die uiteindelijk resulteerde in de overgave van de laatste Rode Khmer-guerrillero's. In mei 1993 werden er voor het eerst weer verkiezingen gehouden. De situatie bleef echter tot in 2003 onstabiel.

 

Religie

De belangrijkste religie in Cambodja is het Theravadaboeddhisme: ongeveer 88% van de bevolking. De islam heeft ook een grote groep volgelingen: ongeveer 3% van de bevolking, zij behoren over het algemeen tot de Cham. Er is een vervolgde christelijke minderheid.

Bestuurlijke indeling

Cambodja is onderverdeeld in 20 Khett (provincies) en 3 krong (stedelijke gebieden).

Geografie

Cambodja heeft een oppervlakte van 181.035 km² ( +/- 6 keer zo groot als België ). In het zuiden heeft Cambodja een kustlijn van ongeveer 441 kilometer aan de Golf van Thailand. Behalve in het zuidoosten worden alle grenzen van Cambodja gevormd door lage gebergtes. Binnen deze grenzen ligt een grote laagvlakte die het hart van Cambodja vormt.

Deze vlakte is het meest dichtbevolkte deel van Cambodja en is zeer vruchtbaar door de overstromingen, natte rijstbouw vormt hier het belangrijkste landgebruik. De Mekongrivier die stroomt vanaf Laos in het noorden tot aan Vietnam in het zuidoosten zorgt voor de drainage van dit gebied. Centraal in deze laagvlakte in het noordwesten van Cambodja ligt het Tonlé Sapmeer ('Groot Meer' in het Khmer). In het droge seizoen stroomt het water via de Tonlé Saprivier in de Mekong. In het natte seizoen verandert de stroomrichting echter door de hoge waterstand in de Mekong. Het water stroomt dan het meer, dat daardoor verdrievoudigt in oppervlak. Het meer wordt dan het grootste zoetwatermeer in Zuidoost-Azië.

Ongeveer 75 procent van Cambodja ligt op een hoogte van minder dan 100 meter boven het zeeniveau. In het zuidwesten van Cambodja ligt het Kravanhgebergte (Cardamongebergte) met als hoogste piek de Aoralberg van 1771 meter. Dit gebergte heeft een uitloper langs de kust tot aan de grens met Vietnam genaamd het Damreigebergte (Olifantgebergte) met pieken tussen de 500 en 1000 meter. De westelijke grens van Cambodja met Thailand wordt gevormd door een heuvelachtig gebied met toppen tot 500 meter. Aan de noordelijke grens met Thailand liggen de steile Dongrekbergen met pieken tot 700 meter, ook de tempel Preah Vihear ligt in dit gebergte.

Natuur

Vegetatie

Cambodja bestond vroeger voor een groot gedeelte uit regenwoud. Door de massale houtkap in de afgelopen jaren is dat nu nog maar 52% van het oppervlak van het land. Aan de kust komt ook veel mangrovebegroeiing voor. De rest is in gebruik als akkerland.

Klimaat

Cambodja heeft een tropisch moessonklimaat. De gemiddelde temperatuur is het hele jaar door ongeveer 30 graden. De temperatuur varieert van 10 graden in de koele maanden tot 45 graden in de zomer. Cambodja kent twee moessons: de droge noordoostmoesson van november tot april, als de winden uit het noordoosten komen, en de natte zuidwestmoesson van mei tot oktober, als de winden uit het zuidwesten komen en veel regen brengen. De periode met de minste regenval is januari - februari.

Economie

Cambodja is een zeer arm land en de economie draait zeer slecht door de vele oorlogen. Voor 1970 produceerden de boeren genoeg voedsel voor de behoeften van het land. Maar tegen 1986 was dit door de vele vernielingen nog maar 75%. Landbouw is de belangrijkste activiteit en rijst, rubber en maïs zijn de belangrijkste gewassen. Er is bijna geen industrie en de industrieën die er zijn produceren voornamelijk voor binnenlandse consumptie.

Tijdens de economische crisis in Azië in 1997 kwam de economie tot een stilstand. Dit kwam ook door onrust, burgeroorlog en politieke crisis. In 1999, het eerste volledige jaar zonder gevechten in 30 jaar, begon de economie mede dankzij hervormingen weer te groeien .

Toerisme

Het toerisme is de snelst groeiende sector in de Cambodjaanse economie in de laatste jaren. Dit ondanks dat er 20 Amerikaanse dollar betaald moet worden bij aankomst in Cambodja en er hoge toegangsprijzen voor monumenten zijn. Het aantal toeristen steeg van 219,000 in 1997 tot 1,100,000 in 2004.

Ondanks deze groeipercentages staat de regering voor een grote uitdaging. Het grootste deel van de begroting wordt nog steeds betaald met buitenlandse hulp en de politieke instabiliteit en corruptie houden veel buitenlandse investeerders tegen. Ook het gebrek aan scholing en de bijna totale afwezigheid van enige infrastructuur op het platteland zorgen voor grote problemen in de nabije toekomst.

Politiek

Hedendaagse problematiek

Een van de grote problemen is nog steeds de influx van Vietnamezen die in Cambodja komen wonen. De Khmer Krom (Khmer in zuidelijke Vietnam) vormen daarbij een politiek probleem voor de regering. Er heerst in Cambodja dan een sterk anti-Vietnamees sentiment. De Thais worden daarnaast beschouwd als kolonisator en de woede hierom is door politieke figuren gebruikt om in januari 2003 een grote onrust tegen Thaise bedrijven en instellingen uit te lokken. Onder andere de Thaise ambassade is toen afgebrand.

Aids vormt een groot probleem met een grote toename in het aantal gevallen in recente jaren. Dit komt onder andere door de pertinente weigering van de Khmer-man om condooms te gebruiken bij het geslachtsverkeer en de grote rol die prostitutie speelt in de cultuur (net als in Thailand en andere Aziatische landen) waarbij het normaal is voor een man om al vanaf de puberteit een prostituee te bezoeken.

De grote politieke rivaliteit tussen de partijen van Hun Sen, prins Norodom Ranariddh (gesteund door koning Norodom Sihanouk) en Sam Rainsy in combinatie met de overvloedige beschikbaarheid van oorlogstuig vormen een gevaar voor de stabiliteit van het land. Tevens heerst er corruptie. Zo steekt een kring rond de corrupte regering een miljoenenopbrengst uit de massale houtkap in eigen zak. Cambodjanen die daar tegen in opstand komen riskeren hun leven. De schrijnende armoede die van dat alles het gevolg is, tezamen met de talloze landmijnen en de gevolgen daarvan vormen op het platteland een groot probleem.